INTERVIEW: Scharnegoutumer Paul Kuiphof roeit van New York naar Rotterdam

Door: Wendy Noordzij do 25 apr, 19:15 Algemeen
Foto: Laura Keizer Fotografie
Paul Kuiphof
Paul Kuiphof

Paul Kuiphof uit Scharnegoutum vertrekt op 1 mei naar Amerika voor een heel bijzondere uitdaging: met drie teamleden roeit hij meer dan 6500 kilometer van New York naar Rotterdam. Daarbij wordt een vast schema van twee uren roeien en twee uren rusten gehanteerd. “We zijn ontzettend goed voorbereid en ik heb heel veel zin om het avontuur aan te gaan”, vertelt Kuiphof enthousiast.

Oud-marinier en technisch tekenaar Paul Kuiphof (54) woont samen met zijn vriendin Reny en zijn drie kinderen in Scharnegoutum. Sinds 2011 roeit hij bij de sloeproeivereniging in Deinum. Sinds 2013 is hij eveneens lid van de vereniging DMRC, de Dutch Marines Rowing Challenge.

Sloeproeien voor het goede doel
“Sloeproeien is een sport die je uitdaagt om, samen met je maten, fysiek nét wat verder te gaan dan dat je normaal zou doen”, zegt Paul Kuiphof over zijn favoriete sport. Met de DMRC heeft hij al aan een aantal roeichallenges deelgenomen. “We zijn onder meer van Rotterdam via Vlissingen naar Londen geroeid; van Den Helder via het Wad naar Willemshaven; en van Maastricht naar Rotterdam over de Maas.”

DMRC zamelt geld in voor oud-mariniers met PTSS. Het Sophia Kinderziekenhuis vroeg of er ook geld opgehaald kon worden voor een huiskamer voor de Stichting Ronald McDonald Huis in het ziekenhuis in Rotterdam. Dat was de start van de North Atlantic Four. Dit team, bestaande uit John Opmeer, Chris van Amersfoort, Gerhard ter Maat en Marcel Nijland, besloot om van New York naar Rotterdam te roeien. Tijdens een van de DMRC-wedstrijden op Urk vertelde North Atlantic Four-lid John Opmeer aan Paul over het plan van de oceaanchallenge. “Ze waren op zoek naar een reserve roeier,” zegt Paul Kuiphof. Daar hoefde de oud-marinier niet lang over na te denken. “Het lijkt me een geweldige uitdaging. Na goedkeuring van mijn vriendin Reny heb ik gelijk ‘ja’ gezegd.”


Unieke tocht
Aanvankelijk was het plan om vorig jaar al te vertrekken. “Voor onze tocht is speciaal in België een oceaanroeiboot gebouwd. Helaas liep de levering vertraging op. Daardoor was er te weinig tijd om met de nieuwe boot te trainen.” In die periode werd ook besloten om met vijf man te roeien in plaats van vier. Uiteindelijk wordt de oversteek toch door vier man gemaakt. Kuiphof: “Helaas is Marcel ernstig ziek geworden. Maar hij vliegt wel mee naar New York en roeit met ons mee tijdens de proefvaart.”

Het is een unieke tocht, weet Paul Kuiphof. “Begin 1900 is een ploeg als eerste de oceaan overgestoken via deze route, van New York naar Zuidwest-Engeland. Rond 2000 heeft een Nederlandse ploeg het traject New York-Rotterdam ook afgelegd. Alleen zijn zij in Engeland aan wal gegaan. Twee jaar geleden hebben een aantal Denen een poging gewaagd van Florida naar de Faeröer eilanden, maar zij hebben het niet gered en zijn door een Russisch vrachtschip opgepikt. Wij zijn het eerste team dat in één keer oversteekt van New York naar Rotterdam, zonder aan land te gaan. Helemaal zelfstandig. Er gaat geen volgboot mee.”

Voorbereiding is een avontuur op zich
De overtocht vindt heel bewust in mei en juni plaats. Paul: “Dan is het risico op orkanen het kleinst. De koers wordt medebepaald door een walnavigator. Hij houdt de weerberichten en stromingen goed in de gaten en geeft alle informatie via de satelliettelefoon aan ons door, zodat wij de juiste koers op onze stuurautomaat kunnen instellen.”

Wij zijn het eerste team dat in één keer oversteekt, zonder aan land te gaan

De hele voorbereiding is een avontuur op zich, ervaart het Scharnegoutumer bemanningslid. “Bij het Maritiem Opleidingscentrum hebben we diverse cursussen gevolgd, onder meer over het bedienen van alle apparatuur en een personal safety training. In het zwembad en op zee hebben we geoefend met de reddingsboot en reddingszwemmen en hebben we nagebootst hoe het is om door een helikopter opgepikt te worden. Verder hebben we ook trainingen gevolgd op het gebied van navigatie, techniek en EHBO. Vanuit de haven van Scheveningen hebben we veel geoefend met onze oceaanroeiboot. Als training hebben we zes dagen twee uren geroeid en twee uren gerust.”

‘Adventure food’
Dat is ook het schema dat tijdens de overtocht wordt gehanteerd. Dat betekent dus ook dat er maar twee uur achter elkaar gepauzeerd kan worden om te eten en te slapen. “We nemen ontzettend veel ‘adventure food’-maaltijden mee. Deze kunnen we gemakkelijk met warm water bereiden. Aan boord is een elektrische watermaker om van het zoute water zoet water te maken. We hebben ruim 600 Watt aan zonnepanelen aan boord, zodat we onze eigen stroomvoorzieningen hebben. Daarnaast hebben we een reserve watermaker en nog 160 liter noodwater bij ons. We hebben echt heel goed nagedacht over onze inventaris. Voor alle belangrijke elementen hebben we een reservevoorziening.”


                            
De tocht van meer dan 6500 kilometer gaat waarschijnlijk tussen de zestig en honderd dagen duren, denkt Paul. Afhankelijk van het weer. “We leggen ongeveer vier kilometer per uur af en roeien zo’n honderd kilometer per dag. Maar bij storm kunnen we natuurlijk vertraging oplopen.”

Veiligheidsmaatregelen
De oceaanroeiboot is tien en een halve meter lang en twee meter breed. In de grootste cabine aan de achtersteven bevindt zich het navigatie- en communicatiecentrum van de boot. De boot heeft twee slaapcabines. Net als voorin de boot zijn er ook achterin slaapplaatsen voor twee personen. “Na de korte rustpauze kruipen we naar ons roeiplekje. Plaats om te staan is er eigenlijk niet. Daarom verwacht ik dat we bij aankomst in Nederland moeite zullen hebben met lopen.”

Ook aan alle veiligheidsmaatregelen is gedacht. “We zitten allemaal vast aan een lifeline die rond de boot loopt. En we hebben bijvoorbeeld een parachuteanker dat ervoor zorgt dat onze roeiboot tijdens een storm op z’n plaats blijft liggen en de punt van de boot in de wind houdt.” Mocht er onverhoopt wel iets mis gaan, dan kunnen de roeiers een contactpersoon bellen die dag en nacht bereikbaar is. “Via onze apparatuur kunnen we op diverse manieren een SOS uitsturen. Tot maximaal tweehonderd kilometer uit de kust kunnen we door een helikopter worden opgehaald en anders zullen we door een vrachtschip opgepikt moeten worden.”

Dolfijnen en walvissen
Paul Kuiphof heeft er heel veel zin in. “We hebben alle opleidingen en trainingen gevolgd en zijn er helemaal klaar voor.” Vooral het laatste teambuildingsweekend heeft hij als zeer nuttig ervaren. “We hebben besproken wat onze angsten zijn en hoe we daarmee om kunnen gaan. Na die sessie waren de laatste zenuwen weg. Ik ben heel benieuwd wat we allemaal gaan meemaken. Misschien zwemmen er wel dolfijnen of walvissen rond de boot. Dat lijkt me helemaal te gek.” Stormen en zeeziekte hoopt hij zo min mogelijk mee te te maken. “Al verwacht ik dat we op zo’n lange reis allemaal wel een keer zeeziek zullen worden. Dat is op zich niet erg. We weten precies wat we dan moeten doen en hebben voldoende medicijnen bij ons. Zolang het niet chronisch wordt, komt het vast goed.”

Wil je Paul Kuiphof en zijn team sponsoren? Dat kan! Scan dan de QR-code. Kijk voor meer informatie over de reis op www.newyorkrotterdam.nl/

Foto: Laura Keizer Fotografie
Tekst: Wendy Noordzij