INTERVIEW - Aanstaande zondag Jeugdronde van Sneek; “Het zijn allemaal Mathieu van der Poeltjes”

wo 1 mei, 10:54 Sport
Foto: Richard de Jonge
Afbeelding

SNEEK - Het aantal jeugdleden van Wieler Vereniging Snits is zó groot geworden dat het hoog tijd werd voor een eigen wedstrijd voor deze jongelingen. Dat gaat gebeuren op zondag 5 mei met de Eerste Jeugd Wielerronde Sneek. Plaats van de handeling is de wielerbaan van Sportcentrum Schuttersveld in Sneek. De wedstrijd is voor alle categorieën 1 t/m 7 en er worden rond de honderd deelnemers verwacht. De eerste start is om 10.00 uur.

“Er zijn jeugdleden van de vereniging die wedstrijden fietsen door het hele land. Toen hebben wij ons afgevraagd: ‘Waarom rijden we overal en hebben we in Sneek geen wedstrijd?’”, zegt Eric Jan Hagedoorn die elke woensdagavond op het Schuttersveld de trainingen voor de jeugd verzorgt. “Als iedereen zijn eigen wedstrijden organiseert kunnen de jongelingen in heel Noord-Nederland koersen. Wij faciliteren zodat zij wedstrijden kunnen fietsen. De jeugd moet bewegen.”

Helpen bij het leren winnen
Er wordt in leeftijd gestart. Wel rijden de meisjes gelijktijdig met de jongens. Dit tot en met het veertiende jaar, dan rijden ze bij de zogenaamde ‘nieuwelingen’, verdeeld in jongens en meisjes. Hagendoorn: “Het gebeurt regelmatig dat een meisje wint, het is een erg leuke competitie. Dat de meisjes met de jongens rijden en weten hoe ze een finale moeten rijden kan zomaar de reden zijn dat de Nederlandse dames het mondiaal zo goed doen.”
Eric Jan Hagedoorn. die marathonschaatser is geweest, heeft zélf tegen de top van het Nederlandse wielrennen aangezeten. “Het plezier dat wij altijd in de sport hebben gehad moet je hun ook geven. En dat is niet alleen spelletjes doen, ze willen ook echt wedstrijden gaan winnen. Daar helpen we ze bij en zo is dat jeugdwielrennen bij Wieler Vereniging Snits ontstaan.”

Niet naar elkaar zitten kijken
“Met een groepje mensen hebben we zo veel plezier in het training geven. Op woensdagavond sta ik met een groepje kinderen van zeven jaar spelletjes te doen en kattenkwaad uit te halen, en ondertussen leer je ze sturen. Maar het zijn allemaal Mathieu van der Poeltjes. Ze willen racen en altijd hard, maar je kunt niet uren hard fietsen. Er is een groot verschil tussen hard fietsen en wielrennen. De sterkste wint niet altijd. Het heeft ook te maken met positioneren, goed uit de wind zitten, want je moet natuurlijk ook van voren komen te zitten in een wedstrijd. Als je niet de sterkste bent, maar je kunt wel door slim te koersen in de finale komen door eerst een ander z’n bordje leeg te laten eten voordat je je eigen bordje leeg eet, kun je best ver komen.

Er is een groot verschil tussen hard fietsen en wielrennen

De tactiek is: als je weet dat je niet de rapste bent in de sprint, dan niet naar elkaar zitten kijken, maar proberen er tussenuit te piepen. En het plezier als ploeg. Dat je leeg bent en toch een ploeggenoot naar voren kan brengen, die dan de wedstrijd kan winnen.

Met heit en mem een rondje fietsen
“Elke dag kun je hard gaan trainen, maar dan beul je je zelf af en vind je het op een gegeven moment niet meer leuk. Ga ook eens een keer met heit en men een rondje fietsen. We willen een complete wielrenner van ze maken en dat is meer dan alleen hard fietsen. Het is puur het plezier van de wielersport overbrengen. Ze moeten gewoon lekker bezig zijn en wij proberen kwaliteitstrainingen te geven zodat ze terugkomen.”

Drempel zo laag mogelijk houden
Dat je bij Wieler Vereniging Snits traint, betekent trouwens niet automatisch dat je aan wedstrijden mee moet doen. “Maar,” zegt Hagedoorn, “we zijn natuurlijk wel een wielerverenging. Mensen die zich bij ons aansluiten, hebben de intentie om wedstrijden te rijden. Van kinderen vinden we wel altijd dat ze eerst maar eens gezellig mee moeten trainen. Via sponsoring hebben we het nu zo voor elkaar dat ze eerst een jaar een fiets kunnen huren. We willen de drempel zo laag mogelijk houden. We gaan niets verplichten, de motivatie moet uit de kinderen zelf komen.

Op een training staan ze allemaal te stuiteren, ze willen allemaal racen. Vaak moeten we ze afremmen. Ze leren dat die motor niet altijd hard kan gaan. De fundering onder het trainingsplan moet goed zijn. Geleidelijk stapjes maken zodat ze het nog steeds leuk vinden als ze vijftien zestien zijn. Dat we ze kunnen behouden voor de sport. Prikkelen om ze e bij te houden.”

Fietsen is fietsen
“Naast de gezamenlijke training op woensdagavond is er een duurtraining en zijn er een of twee wedstrijden in het weekend. En daarnaast gaan ze zelf ook nog fietsen natuurlijk. Er zijn ook veel kinderen uit dorpen die op de fiets naar school gaan. Fietsen is fietsen. Je merkt wel vaak dat kinderen die wel wat gewend zijn in het wielrennen naar voren komen.”

Fietstikkertje
“Met de allerkleinsten gaan we op de parkeerplaats sturen, leren remmen, fietstikkertje, behendigheid. Kijk naar een Van der Poel hoe hij over een randje rijdt, behendig is, daar begint het mee. Als je met zestig, zeventig man in een peloton rijdt, moet je je wel vrij voelen op je fiets. Coördinatie, techniek, goede houding, kracht, souplesse, maar ook uithoudingsvermogen trainen, sprintsnelheid, gewoon alle facetten. Dat doen we aan de hand van spelvormen. Dan leggen we met pionnen de ideale lijn in een bocht neer en maken we twee obstakels waardoor ze van de ideale lijn af moeten wijken. Hoe ga je daar mee om? Hoe houd je dan je fiets nog onder controle? We proberen op alle manieren te prikkelen.”

Tekst en beeld: Richard de Jonge